FYI.

This story is over 5 years old.

Eten

De Vikingen hielden meer van bier en biefstuk dan van plunderen

De Vikingen hebben een reputatie van plunderen en vechten, maar recentelijke opgravingen in IJsland geven een heel ander beeld. De Vikingen waren drukker met bierbrouwen en barbecuen, dan met landje veroveren.
Hilary Pollack
Los Angeles, US

Het is alweer eeuwen geleden dat ze onze aarde en zeeën afstruinden, maar Vikingen blijven ons boeien met verhalen over hun epische schepen, vlammende begrafenissen, intrigerend gezichtshaar en hang naar roven, plunderen en stropen. Hoewel ze wel degelijk hebben bestaan, behoren ze tot hetzelfde soort pseudo-fantastische team als vampieren, piraten en zombies: er lijkt altijd wel een markt voor te bestaan en hun reputatie kan het beste worden omschreven als "meedogenloos".

Advertentie

Archeologen hebben echter recentelijk meer inzicht gekregen in de levensstijl van de Vikingen en wat blijkt: hun krachtmetingen hadden meer te maken met de hoeveelheid bier die ze dronken dan het aantal huizen dat ze plat brandden. Een groep onderzoekers van de Baylor Universiteit in Texas heeft onlangs de resultaten gepresenteerd van een studie op de voormalige Viking-plek Hrísbrú in IJsland, waar ze via opgravingen probeerden te achterhalen waar Vikingen zich echt mee bezig hielden naast het zwaaien met zwaarden en bedenken van nieuwe haarvlechtmethoden.

Het bleek dat om voet aan de grond te krijgen in IJsland – nieuw terrein voor de Vikingen die tot dan toe op continentaal Scandinavië woonden – de Vikingen zich vooral profileerden als grill-meesters. Zo zie je maar: Texanen en Vikingen verschillen minder van elkaar dan je zou denken. De Deense archeoloog Dr. Davide Zori, die de studie leidde, vertelde aan Science Daily dat machogedrag – zoals verwacht – duidelijk aanwezig was in de Viking-cultuur. Ook draaide het om een economie waarin leiders en belangrijke figuren graag losgingen met enorme hoeveelheden bier en vlees.

"Het leek wel één grote barbecue," zegt hij. "Waar iedereen een zo groot mogelijke steak op de barbecue wilde." Toen was een gigantische lap mals vlees op het vuur wat een vintage Rolex aan de arm van een CEO nu is. Vreetfestijnen waren de Middeleeuwse versie van politieke benefietavonden, waar relaties met lokale leiders werden onderhouden en je vriend en vijand probeerde te imponeren met decadente praktijken. Je macht bepaalde je plek aan tafel. Het tentoonstellen van het skelet van de koe die werd genuttigd gaf het geheel een extra Viking-tintje.

Op de plek van de opgravingen vonden Zori en zijn team bergen gerstzaden, die waarschijnlijk werden gebruikt om bier te brouwen (stel je eens voor hoe een echt Viking biertje zou smaken). Hoewel van gerst ook brood en pap werden gemaakt, was – en is – bier natuurlijk veel waardevoller. Niemand is onder de indruk van een feestmaal met bergen brood. Maar Vikingen konden moeilijk wennen aan de bittere winters in IJsland en redelijk ongunstige omstandigheden om koeien te hoeden. Schapen kun je met hun eigen wollen jas nog wel buiten laten grazen, maar koeien hebben behoefte aan een schuur en voldoende eten. Het werd steeds lastiger om grote feestmalen met steaks te organiseren.

De ooit ongeslagen Vikingen hadden steeds meer moeite met het op peil houden van hun voorraden rundvlees en gerst. Hierdoor begon hun macht steeds meer af te nemen. In een winterse wereld zonder steak en bier, veranderen – en verdwijnen soms zelf – de sociale rollen. Wat betreft verhalen uit deze tijd zegt Zori tegen Science Daily dan ook dat "de Vikingen misschien elkaars hoofd wel insloegen met hakbijlen, maar ze ook hun eigen koeien molken."

Uiteindelijk werd de hele productie van gerst plat gelegd en begon men met het herden van schapen, in plaats van door te gaan met de excessieve en onmogelijke vreetfestijnen. Eén van Zori's belangrijke ontdekkingen in de archeologische studie is dat de Viking-elite het belang van goed vlees en bier boven het welzijn van zijn burgers stelde. Een voor de economie schadelijke neiging van politieke leiders, die vandaag de dag nog springlevend is.