FYI.

This story is over 5 years old.

Creators

Ex-Interpol Stéphane Thefo wil drones en DNA-spray inzetten tegen kunstrovers

We spraken de expert op het gebied van kunstroven over technologische snufjes en hoe de inbraken in Nederlandse musea voorkomen hadden kunnen worden.
Stéphane Thefo, via

Het stelen van kunst is misschien wel de beste manier om in relatief weinig tijd relatief veel geld te verdienen. In het geval van de Roemeense mannen die in 2012 de Kunsthal in Rotterdam beroofden is dat 18 miljoen in 2 minuten en 48 seconden, al hebben ze dat waarschijnlijk verbrand. Stéphane Thefo heeft zich van 2010 tot dit jaar voor de Cultural Heritage Unit van Interpol beziggehouden met dit probleem, wat reikt van het Westfries Museum in Hoorn tot de archeologische schatten van het door IS geteisterde Syrië. Voor hem is iedere misdaad tegen de kunst een directe misdaad tegen mensen en hij wil drones en DNA-spray inzetten om die te bestrijden.

Advertentie

Thefo onderzocht en adviseerde tijdens zijn carrière over de veiligheid van meer dan 600 internationale culturele locaties zoals musea, kastelen, archieven en archeologische vindplaatsen. Na de Egyptische revolutie in 2011 vloog hij naar het land om geplunderde musea en archeologische opgravingen te helpen bij het registreren van gestolen objecten en het bedenken van een nieuwe veiligheidsstrategie. Sinds begin dit jaar heeft hij zijn eigen bedrijf in kunstbeveiliging opgericht, ST RISKS.

Naast de hi-tech technieken die gebruikt worden om kunstroof tegen te gaan, heb ik het met hem over wie de afnemers zijn van gestolen kunst, en of de diefstal in het Westfries Museum voorkomen had kunnen worden.

The Creators Project: Wat deed je bij Interpol?
Stéphane Thefo: Slechts vijf procent van gestolen kunstobjecten wordt teruggevonden en daarom is de preventie van kunstroof erg belangrijk. Dat is wat ik bij Interpol deed: ik probeerde erachter te komen wat de werkwijze was van dieven. Ik deed dus geen recherchewerk – dat doen de nationale politie-eenheden – maar keek naar zaken als: hoe handelde de dief? Was het makkelijk uit te voeren? Wat waren de zwakke plekken van de crime scene? Interpol stimuleert samenwerking tussen landen om kunstroof tegen te gaan.

Wat is de interessantste zaak die je meemaakte bij Interpol? 
De diefstal in het Modern Art Museum in Parijs in 2010. Deze roof vond ’s nachts plaats, door één man. Hij stal vijf werken ter waarde van 100 miljoen euro. Hij deed het op een hele simpele manier: hij sneed een raam open en knipte sloten door. Eigenlijk wilde hij maar één werk stelen maar doordat het alarmsysteem niet functioneerde werden dit er vijf, onder andere een Picasso en een Modigliani. De dief is gepakt maar de werken zijn nooit teruggevonden. We denken dat ze in een Parijse vuilniswagen zijn geëindigd. Dit had zo makkelijk voorkomen kunnen worden. Niet eens met spectaculaire preventie, maar door gezond verstand te gebruiken.

Advertentie

Hoe dan?
Ik geloof in een combinatie van technologie en fysieke aanwezigheid. Als je bijvoorbeeld kijkt naar de roof in de Kunsthal Rotterdam [waar in 2012 zeven schilderijen ter waarde van miljoenen werden gestolen]. De diefstal, door twee Roemeense mannen, duurde twee minuten en 48 seconden. De politie kwam te laat. Deze mannen waren niet eens goed voorbereid of ‘sophisticated’ dieven. Ze maakten gebruik van de kwetsbaarheid.

De directeur zei dat het museum state-of-the-art beveiligingstechnologie had, ter waarde van miljoenen. Maar ’s nachts was er niet eens een bewaker aanwezig. Hetzelfde geldt voor het Westfries Museum [in 2005]. Het is voor mij een grote fout, als veiligheidsexpert, als een museum geen fysieke bewaking heeft. Dat is gevaarlijk, zelfs met de meest geavanceerde beveiligingstechnologie.

Het Westfries Museum in Hoorn, afbeelding via

Een museumbewaker. Dat klinkt redelijk old school.
Ik ben ook een beetje old school, haha. Tegelijkertijd ben ik ook een expert op het gebied van de nieuwste bewakingstechnologieën.

Wat zijn die?
Momenteel zijn dat er drie. Allereerst de hittecamera’s [waarmee je de lichaamswarmte van ‘indringers’ of voertuigen in een omgeving ziet]. Dat is een goede en efficiënte manier om dieven te detecteren. Dan heb je de inzet van drones. Die kunnen in het bijzonder worden ingezet bij de strijd tegen archeologische plunderingen. Archeologie is erg moeilijk om te beschermen. Meestal zijn het grote en moeilijk te bereiken gebieden en vaak plunderen de omwonenden om aan geld te komen. Het systeem met drones wordt al gebruikt bij gebieden in Peru, Jordanië en Israël. Het is niet duur. De eerste reactie van mensen is vaak met grote ogen: dat is toch sciencefiction? Maar het is niet ingewikkeld. Je hebt niet veel mensen nodig om ze te beheren. Ik denk zeker dat steeds meer archeologen dit in de toekomst zullen gebruiken.

Advertentie

Maar een drone is ook makkelijk te vernietigen.
Dat is inderdaad een risico, maar in dit geval weegt het voordeel wel zwaarder. Daarbij heb je niet veel andere opties. Zeker in tijden van conflict, zoals nu in Syrië en Irak.

Je had het over drie technologieën. Wat is de derde?
Synthetische DNA-spray. Je kunt een kunstobject hiermee onzichtbaar markeren en vervolgens traceren. Of een museum kan een dief ‘sprayen’. Die spray, met een unieke code, blijft meer dan zes maanden op je huid en kleding zitten. Voor zover ik weet wordt dit niet gebruikt. Misschien in Engeland, want daar zit een bedrijf die dit ontwikkelt. In het Grand Palais in Frankrijk gebruiken ze een gps-systeem dat ze discreet aan een werk bevestigen, zodat je de locatie kunt traceren.

Een flyer van de FBI waarin het waarschuwt voor kunstschatten geroofd door IS, via

Beveiligingstechnologie wordt dus steeds geavanceerder. Geldt dat ook voor de technieken van de dieven? Gaan die aan het werk zoals in Ocean’s Eleven?
Nee, in realiteit is het een stuk minder sexy, haha. Ze maken nauwelijks gebruik van technologie. Wel van kwetsbaarheden die er nog altijd is in veel westerse musea. Bij één zaak die ik meemaakte was een man op het dak van een museum geklommen om met een hengel een schilderij te stelen. Of mensen breken een ruit en klimmen naar binnen.

Waar is kunstroof op dit moment het ergste?
In conflict- en oorlogsgebieden als Syrië, Afghanistan, Irak en Libië en dan de plunderingen van archeologische plaatsen. Met name de gebieden waar de Islamitische Staat de macht heeft. Er zijn daar geen ‘inventories’ van de objecten, dus je hebt geen idee van wat er verdwijnt. In de meeste gevallen zijn het omwonenden die plunderen. Die gaan dan in het omliggende gebied graven en verkopen wat ze vinden aan handelaren. Het is voor hen een manier om rond te komen. In Egypte is er een scherpe daling in toerisme sinds de val van Mubarak, dus doen ze dit om hun families te kunnen onderhouden. Het risico om gepakt te worden is erg laag.

Advertentie

Wie zijn de grootste afnemers van gestolen kunst? 
Verzamelaars uit het Westen en Rusland. Deze verzamelaars zijn zich niet bewust van de origine van de objecten die ze kopen en vaak kan het ze ook niet schelen. Ze kopen het vaak online of op een veiling.

Thefo's lezing op de Yale University, waarin hij pleit voor een internationaal registratiesysteem voor kunstobjecten

Bestaan er geheime sites voor gestolen kunst? 
Dat is niet nodig, vaak wordt gestolen kunst open en bloot online verkocht, omdat het lastig is om de herkomst ervan te controleren. Interpol werkt samen met grote sites als Amazon en eBay. Zij sturen ons data over objecten die er te koop staan.

Hoe zou kunstroof moeten worden aangepakt? 
In Frankrijk hebben we een systeem, waarbij je een register hebt van kunstobjecten dat moet worden geraadpleegd bij de (ver)koop van werken. Het is strafbaar als je daar niet mee werkt. In dat register staan dingen als de origine van het werk, de datum van vorige transacties. Hiermee zet je druk op de markt om meer op te letten en kun je frauduleuze antiquairs makkelijker vinden.

Hoeveel geld gaat er eigenlijk jaarlijks om in de wereld van gestolen kunst?
Daar zijn geen cijfers van. Wel wordt er vaak gesproken over ‘de derde economie’, na de handel in illegale wapens en drugs. Het probleem is dat de aanpak van kunstroof in veel landen geen prioriteit heeft, omdat het om objecten gaat en niet om mensen, wat wel het geval is bij terrorisme en mensenhandel. Maar ik ben tegen die visie. Ik vind dat culturele goederen bij een identiteit van een land of gemeenschap horen en daarom vind ik kunstroof ook een aanval op mensen.