FYI.

This story is over 5 years old.

Creators

Haat je kunst? Dan geef je het alleen maar meer macht

In het informatietijdperk is de enige echte overgebleven vorm van kritiek totale onverschilligheid.
Hitler en Ziegler bezoeken de 'Entarte Kunst'-tentoonstelling in 1937, via

Heb je ooit een kunstwerk zo godsgruwelijk gehaat dat je het het liefst van de museummuur wilde trekken en het terplekke op de grond kapot wilde slaan? Mooi, dan heeft dat kunstwerk dus iets bij je losgemaakt. Sinds het ontstaan van kunstkritiek is kunst overgeleverd aan een troosteloze plek tussen haar voor- en tegenstanders, de kunstliefhebbers en -haters. "Een niet gereflecteerd leven is het niet waard geleefd te worden," zei Soractes ooit – en of je het nu leuk vindt of niet, kunst is de langslopende documentatie van het menselijke leven. Maar gaat dat ook op voor de wereld van moderne kunst?

Advertentie

Liefde? Haat? Het zijn vragen die aan de basis staan van alle menselijke passies. Maar doen ze er ook toe? Of beter gezegd: doen ze er nóg toe? In het digitale tijdperk doet zich sinds enkele jaren namelijk nog een derde optie voor, een positie die kunstcritici pas beginnen te begrijpen. Die positie gaat uit van het idee dat wanneer we als moderne digicritici data produceren (of achteloos achterlaten, wat je wilt), alle menselijke pogingen tot waardevorming wordt gereduceerd tot anonieme enen en nullen. Het zorgt ervoor dat elke vorm van hiërarchie in smaak – of we het nu hebben over high brow en low brow of de verhouding tussen likes en dislikes – een gecalculeerd fabeltje is geworden. In een wereld waarin onze kliks voortdurende gadegeslagen worden, is het haten van kunst, en het (verbaal) kapotmaken ervan, net zo productief geworden als het liefhebben van kunst, en het ophemelen ervan.

Natuurlijk komt deze gewaarwording in een tijd waarin haat en kwade wil hoogtij vieren. Je hoeft niet verder te kijken dan de Amerikaanse presidentsverkiezingen of een willekeurige commentsectie op YouTube om te begrijpen welk podium het ventileren van haatdragende sentimenten de laatste jaren heeft gekregen, met een welgemeende "I'm just here for the comments" als startschot voor de gebruikelijke shitstorm aan racistische, seksistische of anders neerbuigende uitlatingen die onvermijdelijk over het internet wordt uitgekieperd. Wat ooit bedoeld was als plek voor een vriendelijk sparren met geslepen argumenten is verworden tot dronken gebral van botte horken, en dat allemaal op ‘sociale’ platformen die worden beheerd door beursgenoteerde bedrijven.

Advertentie

Voor kunst lijkt de tijd eindelijk rijp om haar kop voorzichtig op te steken uit de onverbiddelijke loopgraven van de oorlog van Noem je dat kunst?!  “Zodra mensen een oordeel vellen sluiten ze alle mogelijkheden om zich heen af," zei Jeff Koons in 2012 tegen The Telegraph. Het is geen toeval dat juist hij – één van 's wereld meest gehate, onbegrepen en ondraaglijk triomfantelijke kunstenaars van de afgelopen tijd – die paradigmaverschuiving aankaart en begrijpt. Het is wat Sean J. Patrick Carney ooit "de lateralisatie van cultuur" noemde, in een profiel van de hybride kunst en muziekduo Extreme Animals. "Er is geen hierarchisch verschil meer in waarde of betekenis van een muziekstuk van John Cage en een nummer van Katy Perry," zegt hij. "Ze bestaan allebei als culturele artefacten, ze vertegenwoordigen alleen verschillende hoeken binnen de cultuur als geheel."

Liefde of haat, duimpjes omhoog of omlaag, een Facebooklike of een retweet, het komt allemaal neer op een anoniem datapunt dat alleen waarde heeft voor de Koons en de Trumps en de Zuckerbergs van deze wereld. Niet voor jou, met je subtiele en doordachte mening. Jij laat slechts een comment achter, wat onherroepelijk betekent dat je ofwel een fan bent, of een hater. Blijkbaar voelde je je geroepen om een reactie te geven. En dus ben je betrokken. Toon je engagement. Geef je aandacht. Breng je tijd door op een website, en in het panopticon. Iedere ironische view is immers nog steeds gewoon een view. En iedere comment over hoe slecht een artikel is zorgt er alleen maar voor dat de post van dat artikel aan meer mensen getoond wordt. In een wereld van enen en nullen bestaat het negatief niet langer.

Advertentie

Bewust van het gevaar een Godwin te pullen, is er een kunsthistorisch voorbeeld uit het nazitijdperk dat interessant genoeg een spiegel kan vormen voor wat we nu het ‘moderne hatersdilemma’ zouden kunnen noemen. Met het oprichten van de Riechskulturkammer in 1933 gaf het regime van Hitler een naam aan de kunst die het zelf als meest verwerpelijk zag: 'entartete kunst' (ontaarde kunst). Deze kunst werd zo publiekelijk verworpen, vormde zo'n belediging voor de sociaal-nationalistische identiteit, dat het wel tentoongesteld moést worden, zo was de gedachte. En daarom werd in 1937 een speciale tentoonstelling georganiseerd voor deze ontaarde kunst, waarin 650 werken van groten als Chagall, Kandinsky, Klee en meer dan honderd andere 'onverlaten' werden opgehangen in het Instituut voor Archeologie. Miljoenen zagen de werken. Had het Derde Rijk gezegevierd, dan zouden we nu misschien wel leven in een wereld waarin alle kunst in dienst stond van de grootsheid van een verzonnen superieur ras en zijn macht over de natuur. In plaats daarvan trokken de ‘inferieure’ werken hun grootste publiek ooit.

Wat staat de moderne hater te doen? Wijselijk zijn mond houden.

In een wereld waarin de Beckettiaase belofte van een dislike-knop eigenlijk kafkaësk zou moeten heten — wat is een ‘dislike’ tenslotte anders dan een volgend, meer verfijnd datapunt over je voorkeuren? — is de enige echt waardevolle kritiek die je online kunt leveren ironisch genoeg totale onverschilligheid. Juist de bewuste keuze tot non-interactie is de beste strategie om het succes te ontkennen van die- of datgene waar je een afkeer voor hebt. Haat geeft de kunst macht, zeker als die haat uit onwetenheid geboren is. Maar gelukkig geeft kennis je die macht terug. En kennis is, zeker in deze tijd, weten wanneer je lippen verstandig op elkaar te houden – en ze misschien zelfs in een kleine glimlach te krullen.

Jeff Koons staat naast zijn sculptuur Gazing Ball (Charity). Foto door Neil Rasmus/BFAnyc.com, via