FYI.

This story is over 5 years old.

Fetish

In het Stedelijk Museum staat nu een kast met een verborgen video-installatie van Jon Rafman

De kunstenaar gaf ons een rondleiding langs zijn interactieve video-installaties, waarin hij de ongebaande paden van de virtuele wereld verkent.
Op de achtergrond de video Erysichthon van Jon Rafman, op de voorgrond een schommel. Foto: Logan Stockwell.

Niet verder vertellen hoor, maar ergens in het Stedelijk Museum ligt op dit moment een geheime schat verborgen. Op een bepaalde gang – ik ga niet verklappen welke – staat een witte kast, die er gewoon lijkt te staan om museumgerelateerde spullen in op te bergen, zoals ongebruikte posters en naambordjes. Maar dit is überhaupt geen kast. Als je een van de lades opentrekt, zal je merken dat het een deur is die je toegang geeft tot een heel krap hokje van één vierkante meter, waarin je vanuit een comfortabel maar klein bankje kunt kijken naar een videokunstwerk van Jon Rafman.

Advertentie

Dit alles heeft een reden. In hetzelfde gebouw bevindt zich sinds afgelopen weekend namelijk Rafmans tentoonstelling I have ten thousand compound eyes and each is named suffering, waarin de Canadees aan de hand van video-installaties reflecteert op de sociale effecten van digitale media. Al jaren doorzoekt hij de ongebaande paden van het internet, wat onder andere resulteerde in een gegidste tour door Second Life en de website 9-eyes.com, waarop hij opmerkelijke beelden uit Google Street View verzamelt. Je zou hem de antropoloog van de virtuele wereld kunnen noemen – hij opent deuren naar plekken waar de gemiddelde mens zo aan voorbij gaat.

Zo ziet de incognito video-installatie er ongeveer uit. Foto: Logan Stockwell.

Met het kleine hokje wilde Rafman een kijkervaring creëren die aansluit op het thema van de video, vertelt hij me vlak nadat ik er zelf uit stap. “Het is er knus, maar je zou er best een claustrofobisch gevoel van kunnen krijgen.”

De video, genaamd A Man Digging, heeft inderdaad ook zelf iets beklemmends. Je ziet beelden uit de game Max Payne 3, van verlaten metrostations en gure steegjes met opmerkelijk veel lijken op de grond – wat ook weer niet zó opmerkelijk is, want het is Max Payne. De slachtpartijen lijken net te hebben plaatsgevonden, en het enige dat je ziet is het eindresultaat: een reeks van dode spelmomenten die samen een uitgestorven wereld hebben gevormd.

A Man Digging, 2013 van jonrafman op Vimeo.

 Het ballenbad. Foto: Logan Stockwell.

In de tentoonstellingsruimte staat een drietal video-installaties, met korte video’s waarin online subculturen en fetisj-communities de centrale thema’s zijn. De installaties bevinden zich in een donkere ruimte met een oceaanblauwe verlichting, en ze hebben twee dingen met elkaar gemeen: het zijn collages van user generated content. En je moet er even voor gaan zitten.

Advertentie

Allereerst is er een soort bubbelbad waar geen water in zit, maar heel veel plastic ballen. Boven het bad hangen twee schermen waarop Still Life (Betamale) wordt vertoond, een video over erotische fetisjen zoals furry fandom en kigurumi. Er zijn mensen te zien die het fijn vinden om een dierenpak aan te trekken, en er komen ook beelden langs van ontblote lichaamsdelen uit de Japanse anime. Rafman vertelt dat hij een spanning wilde creëren tussen angst en aantrekkelijkheid –  je voelt je er misschien wat unheimisch bij, maar voor bepaalde mensen is dit pure sensualiteit.

Still Life (Betamale), Jon Rafman + Oneohtrix Point Never, 2013 van jonrafman op Vimeo.

Zo nu en dan komt hetzelfde fragment terug waarin iemand met een vossenkostuum wegzakt in het drijfzand, en dat is precies hoe het voelt om in dat bad te vertoeven. In tegenstelling tot de ballenbak van de IKEA is dit bad namelijk zo diep dat je er met je hele lichaam in kunt verdwijnen. Kijk maar:

Hier zak ik weg tussen allemaal plastic ballen en kijk ik naar iemand in een vossenpakje. Foto: Logan Stockwell.

Ook de video Mainsqueeze gaat gepaard met een meubelstuk waar je niet zo makkelijk uit kunt ontsnappen. Het is een bank met zulke grote leuningen dat het wel even moeite kost om je er tussenuit te wurmen. Makkelijker is dat al bij Erysichthon, een video die in de tentoonstellingsruimte geprojecteerd wordt op een hele grote muur, en die je kunt bekijken vanaf een schommel. Erysichthon, dat nog niet op het web gepubliceerd staat, is vernoemd naar een koning uit de Griekse mythologie, die vervloekt is met een eeuwige honger. Een honger naar internetcontent, in dit geval.

Advertentie

Maar waarom een schommel? “Deze kijkervaring mocht wat speelser zijn,” antwoordt Rafman. “Schommelen is in principe een vrij relaxte bezigheid, maar het kan dat ook voelen alsof je in een soort loopzit – het is nogal repetitief. Met de installatie wilde ik het gevoel creëren dat je vastzit in een massa van datastromen, waarvan het moeilijk is om grip op te krijgen." Ook de video wordt in een loop afgespeeld, en zo nu en dan komt ook het beeld terug van een schommel die alsmaar over de kop blijft gaan. En een zingende seksrobot, maar dat terzijde.

De klembank. Foto: Logan Stockwell.

Een claustrofobisch hokje, drijfzand, een massa van datastromen – het klinkt allemaal niet erg vrolijk. Natuurlijk heeft het internet hier en daar wat duistere schemerzones, maar het is toch niet overal zo beklemmend?

Nee, verderop in de tentoonstelling is een videoclip te zien die Rafman maakte voor de electronica-artiest Oneohtrix Point Never, en daarbij zijn geen benauwende meubelstukken in het spel, maar kan je lekker neerploffen in een van de gigantische witte kussens die er liggen. Rafman omschrijft de videoclip als een mashup van zijn eigen fantasieën, die vooral geïnspireerd is op het fenomeen larping (live action role-playing). “Van kleins af aan ben ik al geobsedeerd door Dungeons & Dragons, maar ik had nooit genoeg vrienden die met me mee wilden doen. Dus dit is een soort alternatieve versie van mijn jeugd.”

De tentoonstelling I have ten thousand compound eyes and each is named suffering – ja, ben je er nog? – is sinds afgelopen weekend te zien in het Stedelijk Museum in Amsterdam. Klik hier voor meer informatie.